Volgens dermatoloog dr. Deepak Balak (LUMC) bestaan er gezondheidsverschillen in de dermatologie door onvoldoende representatief lesmateriaal, onbewuste vooroordelen en gebrek aan kennis. Deepak coördineert in het LUMC het dermatologieonderwijs voor geneeskundestudenten en doet er wetenschappelijk onderzoek naar dermatologie van de donkere huid. Over huidaandoeningen op de donkere huid bestaan nog veel misvattingen, bijvoorbeeld: ‘Dat de donkere huid dikker is. Maar dit is niet gestoeld op kwalitatief goed wetenschappelijk onderzoek. Ik denk ook dat er veel wordt gedacht dat de donkere huid ‘moeilijker’ is, maar die gedachte komt niet per se door de eigenschappen van de donkere huid, maar meer doordat we er niet goed in worden opgeleid. Ook misvattingen dat de donkere huid niet kan verbranden en er dat er geen huidkanker optreedt, blijven hardnekkig aanwezig.’
Verschillende representatie
Complicaties als hyperpigmentatie of hypertrofische littekens komen vaker voor op de donkere huid, maar vanuit de wetenschap is nog niet bekend hoe dit precies komt. ‘Bij ontstekingsziekten van de huid denken we vaak aan roodheid. Maar op de donkere huid kunnen die meer een donkere of grijze verkleuring geven. Bij papuleus eczeem bijvoorbeeld zie je op de donkere huid vaker gehyperpigmenteerde papels die de follikelopeningen lijken te volgen’, verduidelijkt Deepak. ‘Bovendien zien we eczeem op de lichte huid vaker op de buigzijdes van het lichaam, zoals de knie- of elleboogholtes. Op de donkere huid lijkt dit vaker voor te komen op strekzijdes. We weten ook dat lupus en eczeem vaker voorkomen bij mensen met een donkere huid, en dat rosacea, waarvan in lesboeken foutief wordt gezegd dat het niet voorkomt bij mensen met een donkere huid, waarschijnlijk makkelijk wordt gemist in de praktijk.’ Deepak besteedt aandacht aan de verschillende representaties in het onderwijs dat hij geeft (zie: kader).
Volgens Deepak is het belangrijk dat opleidingen aandacht besteden aan de presentatie van huidziekten op de donkere huid. ‘Het onderwijsmateriaal moet representatiever, met meer afbeeldingen van huidaandoeningen bij mensen met een donkere huid. Het zou ook goed zijn als de studiematerialen worden geactualiseerd.’ Ook voor reeds opgeleide dermatologen en huidtherapeuten is het belangrijk om bij te blijven leren. ‘Ik weet dat er meerdere nascholingsinitiatieven zijn in Nederland die aandacht besteden aan de donkere huid.’
Communicatie
‘We weten dat zorgprofessionals in de praktijk moeite kunnen hebben bij het benoemen van iemands huidskleur zonder stigmatiserend of discriminerend te zijn.’ Deepak en zijn collega’s zijn daarom bezig met een leidraad ‘Inclusieve Huidkleur Terminologie’. Deze bevat richtlijnen en advies rondom onder andere verslaglegging en patiëntcommunicatie. In de loop van 2027 wordt de leidraad gratis verspreid via diverse kanalen.
Beeldmateriaal
‘Omdat er nog te weinig foto’s zijn van de donkere huid is de Commissie Diversiteit van onze beroepsvereniging NVDV bezig met het opzetten van een database met diverse beeldmateriaal.’ Daarnaast werven Deepak en zijn collega’s op dit moment patiënten voor de Huidskleurstudie, waarin ze verschillende niet-invasieve meetinstrumenten gebruiken om huidskleur en ontstekingsprocessen op de huid beter en vooral ook objectiever in kaart te brengen.
De hoop is dat er uit de studie straks een alternatief komt voor de veelgebruikte classificering van Fitzpatrick. ‘Dit is de huidige standaardmanier om huidskleur in te delen in de praktijk. Dit systeem is in de jaren zeventig van de twintigste eeuw ontwikkeld voor de lichte huid en bevat vier typen. In de jaren tachtig zijn hieraan twee grove categorieën voor mensen met een meer donkere huidskleur toegevoegd: huidtype 5 voor mensen met een bruine huid en huidtype 6 voor mensen met een zwarte huid. In de praktijk wordt de indeling ook heel verschillend gebruikt.’
Tot er een nieuw systeem komt hoopt Deepak dat dermatologen en huidtherapeuten zich goed bewust zijn van de tekortkomingen van de classificatie van Fitzpatrick en zich niet blindstaren op de categorieën. ‘Ik denk dat huidtherapeuten doorgaans al erg goed luisteren naar een patiënt, en de huid als geheel bekijken. Dat zijn al heel belangrijke stappen.’ Hij hoopt dat huidtherapeuten en dermatologen meer samen optrekken in onderwijs en nascholing om de achterstand weg te werken. Deepak is blij dat er nu meer aandacht is voor dit onderwerp. ‘Dat was er lange tijd niet. Nu zien we dat steeds meer mensen zich willen inzetten om dit probleem op te lossen en dat vind ik erg hoopvol. In de toekomst hoop ik dat steeds meer zorgverleners zich openstellen en leren cultuursensitief te werken. Ongeacht je eigen huidskleur of die van je patiënt of cliënt is het belangrijk dat we de meest optimale zorg kunnen leveren.’ Deepak benadrukt: ‘Om inclusieve huidzorg te leveren, moeten we dus misvattingen doorbreken, variaties in presentatie van huidziekten herkennen en met representatief beeldmateriaal werken. Blijf leren, communiceer zorgvuldig en kijk verder dan classificaties, zo leveren we de best mogelijk zorg voor ieder huidtype.’