Ga naar de inhoud

Inzoomen op de huid

Brandwonden bij kinderen ontstaan door hitte (hete vloeistoffen), chemische stoffen of vuurwerk. De schade varieert van oppervlakkige roodheid tot diepe, levensbedreigende wonden. ‘Zelfs als een kind geneest, blijven vaak littekens achter,’ aldus De Vries. ‘Dat heeft niet alleen fysieke, maar ook emotionele gevolgen.’ In Nederland worden jaarlijks zo’n driehonderd kinderen behandeld in een van de drie brandwondencentra: Beverwijk, Groningen en Rotterdam. De meeste zijn tussen de nul en drie jaar oud. Dankzij snelle en goed georganiseerde zorg overlijden hier vrijwel geen kinderen aan brandwonden. Wereldwijd ligt dat anders.

Uitzoomen op de wereld

De Nederlandse kinderbrandwondenzorg behoort tot de wereldtop, maar volgens De Vries brengt dat ook een verantwoordelijkheid met zich mee. ‘We hebben de plicht onze kennis te delen met landen waar brandwonden veel vaker en ernstiger voorkomen. Tegelijk kunnen wij van hen leren.’ In landen als Oeganda of Bangladesh zijn open vuren, hete vloeistoffen en beperkte toegang tot zorg dagelijkse realiteit. In het brandwondencentrum van Kampala, waar De Vries mee samenwerkt, werden in vier maanden tijd negentig kinderen opgenomen, waarvan een kwart overleed. ‘Dat laat zien hoe groot de nood wereldwijd nog is. Internationale samenwerking is dus essentieel, niet alleen uit solidariteit, maar ook om onze eigen praktijk te blijven verbeteren.’

Voorkomen is beter

Hoewel het aantal brandwondenslachtoffers in Nederland daalt, geldt dat nog onvoldoende voor jonge kinderen. Preventie blijft daarom een belangrijk speerpunt. Onderzoek laat zien dat de meeste ongelukken ontstaan in huiselijke situaties: morsen van thee, heet badwater of een omvallende pan. ‘Elk kind met brandwonden is er één te veel,’ stelt De Vries. Bij oudere kinderen vraagt vuurwerk blijvende aandacht. Uit interviews blijkt dat veel verwondingen ontstaan doordat jongeren vuurwerk niet op de juiste manier gebruiken. Gedragsverandering, heldere communicatie en maatschappelijke verantwoordelijkheid zijn volgens De Vries de sleutel. Preventie kent bovendien een paradox: de kinderen die dankzij preventiemaatregelen níet in het ziekenhuis belanden, zijn onzichtbaar. ‘Maar hun afwezigheid is juist het bewijs dat het werkt’, aldus De Vries.

De kracht van teams

Wanneer een kind wél brandwonden oploopt, is de organisatie van zorg complex maar cruciaal. Vanaf het eerste moment zijn vele zorgprofessionals betrokken. Chirurgen, verpleegkundigen, fysiotherapeuten, psychologen en maatschappelijk werkers vormen samen met het kind en diens ouders één behandelteam. ‘De magie van brandwondenzorg zit in het team,’ zegt De Vries. ‘Iedereen brengt zijn eigen expertise mee, met één gezamenlijk doel: het kind zo goed mogelijk helpen.’ De nazorg kan maanden tot jaren duren en richt zich op herstel van huid, functie en dagelijks leven. In deze fase spelen ook andere professionals een rol, zoals huidtherapeuten en ergotherapeuten, die ondersteuning bieden bij littekenbehandeling, compressietherapie of huidverzorging.

We are the world

De oratie eindigde met het lied We Are the World als oproep tot verbinding. Kinderbrandwondenzorg vraagt om in- én uitzoomen: aandacht voor het individuele kind én voor de wereld daarbuiten. ‘Je kunt geen dag doorkomen zonder impact te hebben op de wereld om je heen,’ citeerde De Vries Jane Goodall. ‘Wat je doet, maakt verschil.’ Dat geldt voor iedereen die zich inzet voor huid en herstel – van chirurg tot verpleegkundige, van onderzoeker tot huidtherapeut. Samen vormen zij de schakels in een keten die kinderen helpt genezen, groeien en weer vertrouwen krijgen in hun eigen huid.

Advertentie
Laden...