De afgelopen jaren is al veel gebeurd rondom regionaal organiseren en worden binnen de huidtherapie HuidNet regioafdelingen opgezet: monodisciplinaire netwerken van huidtherapeuten. Huidtherapeut Amanda Basemans-van Niel is dit jaar begonnen als regiovertegenwoordiger van HuidNet Flevoland, ze heeft net de startbijeenkomst gehad. Ze vertelt dat de NVH een belangrijke rol heeft gespeeld bij de eerste stappen richting samenwerking en geholpen heeft bij de aanvraag van de voucher bij ZonMW. Later is ze ook ondersteund bij het leggen van de eerste contacten met de leden van HuidNet Flevoland en het organiseren van de startbijeenkomst.
Bundeling van krachten
Logopedist Daphne Hubers-Van Boekel is al wat langer betrokken bij het opzetten van een netwerk in de regio Rivierenland. “In 2024 organiseerde ik met een directe collega en ondersteund door het ROS-netwerk (Regionale Ondersteunings Structuur) de eerste bijeenkomsten om alle logopedisten bij elkaar te krijgen. Met een groepje geïnteresseerde logopedisten hebben we vervolgens de voucher aangevraagd bij ZonMW. Vlak daarna hebben we een kick-offbijeenkomst georganiseerd om onze achterban bij te praten en een jaarplan te presenteren met daarin enkele thema’s waaraan we de komende jaren willen werken. Per thema is een werkgroep gevormd; dat loopt nu.”
Naast de ROS is ook de de Nederlandse Vereniging voor Logopedie en Foniatrie (NVLF) bij de oprichting van het netwerk betrokken. Daphne: “De NVLF heeft ons bijvoorbeeld geholpen bij de voucheraanvraag.” Uiteindelijk hebben deze activiteiten geleid tot het Logopedie Netwerk Rivierenland.
Amanda vult aan dat zij voor HuidNet Flevoland ook door de NVH ondersteund werden. “Dit ging van het aanschrijven van collega’s in de regio tot en met het aanvragen van de voucher, en alles wat je maar nodig hebt voor een startbijeenkomst met je collega’s. We werken aan een structuur van HuidNet-regioafdelingen om de huidtherapeuten regionaal te organiseren.”
Wachtlijsten verlagen
Voor HuidNet Flevoland is Amanda druk bezig met het betrekken van collega’s. Ook legt ze contacten met andere netwerken in de regio’s om te kijken hoe ze eventueel kunnen samenwerken. “We onderzoeken aan welke thema’s we de komende jaren willen gaan werken. De huidtherapie kan in deze regio een belangrijke rol spelen om grotere knelpunten voor zowel de huidpatient als andere eerstelijnszorgverleners op te lossen. Hier gaan we ons hard voor maken.”
Bij de logopedisten ziet Daphne dat het Logopedie Netwerk Rivierenland (LNR) bijvoorbeeld helpt om de werkdruk te verdelen. “Ik behandel als logopedist vooral mensen met neurologische ziektebeelden. Een collega uit het netwerk ziet vooral kinderen. Ze vroeg of ik tijd had om haar wachtlijst te verminderen door haar neurologische patiënten over te nemen. Op dat moment had ik het heel rustig, dus ze heeft die patiënten doorgestuurd. Het was niet eens een doel binnen LNR, maar doordat we elkaar leren kennen, ontstaat het eigenlijk vanzelf.”
Multidisciplinaire samenwerking
Ook het belang van multidisciplinaire samenwerking in de eerstelijnszorg groeit. HuidNet Flevoland is bezig om de samenwerking op te zoeken met een multidisciplinair netwerk in de regio, vertelt Amanda. “Dit netwerk, het Paramedisch Platform Flevoland, bestaat al wat langer, sinds 2022. Enkele huidtherapeuten zijn wel lid van deze organisatie, maar lid zijn en contributie betalen is nog vaak iets anders dan een stem hebben. We willen als huidtherapeuten goed vertegenwoordigd zijn en meepraten over regionale zorgvraagstukken. Het is belangrijk dat we als beroepsgroepen allemaal echt een stem hebben in het netwerken. Dit is niet alleen van belang voor de beroepsgroep, maar vooral om de zorg voor de huidpatiënt goed te vertegenwoordigen. In de regio Rivierenland vond de oprichting van monodisciplinaire en multidisciplinaire netwerken vrijwel gelijktijdig plaats. Daphne: “Rond de tijd van de oprichting van LNR is de coöperatie Para-Med Rivierenland gestart, waarin verschillende paramedische disciplines verenigd zijn.”
Een multidisciplinaire samenwerkingsvorm in de eerste lijn zijn de RESV-tafels (regionale eerstelijnssamenwerkingsverbanden, zie kader). De leden van HuidNet Flevoland streven nog naar inspraak bij dit orgaan, vertelt Amanda. De paramedici in Rivierenland zijn al wel vertegenwoordigd, aldus Daphne. “De voorzitter van het bestuur van Para-Med schuift aan bij de RESV-tafel.”
Tips
Goed samenwerken gaat niet vanzelf. Daphne en Amanda sluiten af met een tip voor collega’s die met netwerkvorming aan de slag willen. “Het is belangrijk om in het team te investeren, zodat alle neuzen dezelfde richting op staan.”
Amanda benadrukt tot slot hoe waardevol samenwerking met andere paramedische disciplines is, ook wanneer er geen directe link is met de zorg die we zelf verlenen. “De diversiteit aan disciplines maakt het soms uitdagend om gezamenlijke standpunten te formuleren binnen een multidisciplinair netwerk. Ook het zorgen voor een goede vertegenwoordiging van alle beroepsgroepen vraagt aandacht. Hoewel het niet per se zo hoeft, zien we in de praktijk dat vertegenwoordiging door een andere paramedische beroepsgroep aan de RESV-tafel vaak de norm is. Juist daarom is het belangrijk om elkaar in de regio beter te leren kennen – zowel binnen de eigen discipline als daarbuiten. Samen optrekken als paramedici vraagt soms om extra inspanning en een goed gesprek, maar het resultaat is een sterker netwerk waar zowel huidtherapie als de hele paramedische zorg van profiteert. Daarbij is het voor huidtherapeuten essentieel om een proactieve houding aan te nemen: actief meedoen, kansen zien en het gesprek aangaan om onze positie in het netwerk te versterken.”
